Zaterdag 30 april (i.p.v. 7 mei)

TENTOONSTELLING

Bert vertelt over de tentoonstelling het boek van binnen,
die het Meermanno-museum in Den Haag georganiseerd heeft
in het kader van
'2016, het jaar van het boek'.

In vogelvlucht wordt de geschiedenis van het boek getoond, waarbij het maken van het boek centraal staat.

Bert vindt het beslist een aanrader en daarom besluiten we binnenkort met de hele club de tentoonstelling te gaan bekijken.

Zie voor gegevens
http://www.meermanno.nl/index/-/p-2481

WORKSHOP VISLEER MAKEN
Corrie en ik, Ine, hebben een workshop vissenleer maken gevolgd in Oldeberkoop bij Hawar, onder leiding van Adrine Pool uit Driebergen. Corrie vertelt welke drie looi-methoden we toegepast hebben: olielooiing, kokosvetlooiing en eikenbastlooiing en hoe we de vissenhuiden schoongekrabd hebben en van schubben ontdaan.

Corrie schuift de schubben van staart naar kop weg met een houten spatel.

Afgeschoven schubben
van een zalmhuid.

Zalmhuid in eikenbastoplossing.

Jopie bekijkt de door Corrie gelooide zalmhuid.

We kregen ieder twee zalmhuiden te looien: de ene in een mengsel van koolzaadolie, water, zeep en eierdooier, de andere in een aftreksel van eikenschors waarin de zalmhuid thuis nog een week ondergedompeld moest worden, voortdurend geroerd en dagelijks 'gevoed' met schorssolutie.
De bastlooiing geeft een bruine kleur aan het vissenleer.


Gelooide zalmhuiden schubbenkant.
Boven: olie-gelooide huid.
Onder: bast-gelooide huid.


Gelooide zalmhuiden vleeskant,
Boven: olie-gelooide huid.
Onder: bast-gelooide huid.

Behalve de zalmhuiden kregen we ook nog een tong- en een kabeljauwvel om die met een kokosvetlooiing te bewerken.
De vet- en olielooiing zijn met een kwartier klaar om verder te bewerken, zodat het leer soepel en zacht wordt. Dit kan bij de bastlooiing pas gedaan worden na een week. Corrie's tongleer is egaal grijs geworden, terwijl die bij mij in de loop van de week een steeds sterkere gele kleur gekregen heeft. Die gele kleur is bij Corrie verdwenen nadat ze het vel met zeep gewassen had.
Dus besloot ik dat ook te doen, maar nam in plaats van natuurlijke zeep shampoo, om daarmee ook de visgeur die nog aanwezig was, te verwijderen. Inderdaad werd de gele verkleuring minder en verdween de visgeur, ook bij de zalmhuiden en de tong die ik eveneens kort waste met shampoo.
Tot slot dompelde ik het kabeljauwvel onder in een shampoo-oplossing, met het idee het de volgende dag verder te gaan bewerken. Na een avond- nacht- en- ochtend- shampoobad was er echter geen kabeljauwvel meer aanwezig in het sop, wel stukjes slijmerige huid! Zo gauw ik zo'n stukje opviste, viel het verder uit elkaar.
De shampoo had zijn vetoplossende eigenschap dus perfect in praktijk gebracht en aangetoond!!!

GRENSLAND-BEGRIPPEN

Bij het doorlezen van de catalogus van Grensland stuitten wij op enkele voor ons onbekende begrippen. Gelukkig werden de mailadressen van de Grenslanders vermeld en konden we dus bij de juiste personen inlichtingen inwinnen.

Kroet.
Karin Dirksen van cluster 6 schrijft dat ze het zelf geverfde kochi papier (=heel dun rijstpapier 50 gr.
) op soepel tyvek heeft geplakt en daarna weer op kroet.
Kroet heeft ze zo in haar omschrijving gezet, maar eigenlijk schrijf je 'croute' en dat is rundleer. Het is leer waar de bovenlaag vanaf geschalmd is. Dan houd je een stevig stuk leer over dat als omslag gebruikt kan worden en een flexibele band vormt.

De Ölpause-techniek.
Els Rollé van cluster 10 doet ons uit de doeken wat deze techniek inhoudt.
De Duits-Zwitserse kunstenaar Paul Klee (1879-1940) heeft in 1919 deze techniek ontwikkeld om illustraties te kunnen kopiëren. Dit noemde hij de Ölpause-Technik.
('Pauspapier' is Duits voor 'overtrekpapier').
Een vel papier wordt met zwarte olieverf ingesmeerd en met de geverfde zijde op een ander vel gelegd, dat leeg, of al van een illustratie of tekst voorzien kan zijn.
Vervolgens wordt met een pen of stokje op de achterzijde van het geverfde vel getekend of geschreven, waardoor de zwarte verf wordt overgebracht op het eronder liggende vel. Het geverfde vel wordt verwijderd en het vel waar nu de tekening of de tekst op staat, kan met aquarelverf beschilderd worden. De olieverf is niet oplosbaar in water(verf) en wordt dus niet aangetast. Paul Klee heeft tussen 1921 en 1924 zeer intensief met deze techniek gewerkt.

De Dianabinding.
Marina Mestdagh van cluster 10 heeft ervoor gekozen deze binding te gebruiken voor het Grensland-project.
An Taveirne uit Brugge (http://www.atelier-k5.be) geeft workshops met deze bindwijze die zij de naam 'Dianabinding' gaf, als eerbetoon aan haar vriendin die deze binding ontwikkelde. Het is een eenvoudige binding met een verwisselbare band.
Ieder katern wordt afzonderlijk aan een strook perkament of tyvek genaaid, een strook die ruim breder is dan de rug, want de strook wordt gebruikt om door een snede in het omslag van stevig materiaal, zoals bijvoorbeeld Zaansch bord, te steken en daarmee de verbinding tussen boekblok en band te realiseren. Zonder verlijming ontstaat dan een
verwisselbare omslag.

DOZEN
Het project 'inlegdoos maken' dat we startten in februari 2016 is klaar en vandaag kunnen we uitgebreid de resultaten bespreken. Uitgangspunt was de foto op pag. 35 
in Handboek Boekbinden van J.H.Meijerink, waarop een doos met een verdieping te zien is, waar het boek in komt te liggen.

Uitgangspunt voor het project.

We hebben allemaal een doos met een verdiept gedeelte voor het boek gemaakt, maar de vormgeving van de doos is bij allen anders uitgevallen. Interessant te zien hoe een ieder zijn eigen interpretatie aan het ontwerp gegeven heeft.

Jaap heeft het uitgangspunt het dichtst benaderd. Hij lijmde op de binnenkant van het deksel nog een extra bekleed bord, dat precies in de doos valt, zodat de randen van het deksel precies op de randen van de doos vallen. Hij heeft de binnenwanden van de doos vanaf de bodem naar boven bekleed, maar in de hoeken bleef de aansluiting als naad zichtbaar. Dat vond hij niet mooi en daarom maakte hij een exact raamwerk van linnen, lijmde dat over de beklede binnenwanden en wreef de randen van het linnen stevig aan, zodat er geen overgang meer te zien was. In de doos ligt zijn springrugboek.


Inlegdoos gemaakt door Jaap.

Marjolein heeft ook een los frame als afwerking rondom de verdieping gemaakt. Zij werkte met papier en heeft dat eerst om een dun kartonnen frame gelijmd.
Aan het deksel heeft ze een flap als overstek gemaakt die over de voorkant van de doos valt. Het was de bedoeling dat daar een magneetstrip in verwerkt werd, maar al werkende en omplakkende vergat ze de magneetstrips!!
In de doos ligt een klein Nieuwe Testament, dat haar oma voor haar 25ste verjaardag van haar vader en moeder kreeg. Het boekje had een slotje van goud, zoals voorin geschreven stond. Maar helaas is het gouden slotje er in de loop der jaren afgesloopt.
Marjolein heeft het bijbeltje uit de erfenis van haar oma toebedeeld gekregen en bewaart het nu als kostbaar kleinood in een prachtige toepasselijke doos

Boekdoos met bijbeltje, gemaakt door Marjolein.

Bert maakte een overslagdoos voor de Lyonese band die hij in januari 2014 bond, maar kwam er de vorige keer achter dat hij de knepen langs de rug te breed had gemaakt, waardoor het deksel niet mooi aansloot op de doos. Als oplossing heeft hij nu een koker bedacht van een tot harmonica gevouwen strook van hetzelfde papier dat hij gebruikte voor de bekleding van de binnenkant van de doos. Die strook heeft dan niet alleen een opvulfunctie maar ook een sierfunctie door de open structuur van het gevouwen papier. Hij laat ons het voorlopige resultaat van zijn brainstormen zien en gaat het de komende maand verder uitwerken, zodat we de volgende keer de uiteindelijke creatieve oplossing kunnen bekijken.
Bert heeft net als Marjolein een kartonnen frame met papier beplakt en dat bovenop de zijwandjes van de binnendoos gelijmd. De doos is bekleed met Elefantenhaut en linnen.
Het boek is een gescande versie via Google van het origineel van Jan Swammerdam, een middeleeuwse insectenkundige à la Van Leeuwenhoek. Het gaat over bloeder-looze dierkens.
De illustraties die bij het boek hoorden heeft hij afgedrukt op A3 papier, schoon-gesneden en als één katern gebonden. Dit illustratie- katern ligt in de doos op het frame en op onderstaande foto vóór de doos.


Overslagdoos gemaakt door Bert.

Creatieve oplossing in wording.

Fem heeft een constructie gemaakt waarbij het deksel in de doos valt en via een uitstekend lipje, dat in een uitsparing in de doosrand valt, geopend kan worden.
Ze heeft alles bekleed met Elefantenhaut. Ook Fem bekleedde eerst het raamwerk, om het daarna op de binnenwanden te lijmen. De inslagen zijn op deze manier onzichtbaar weggewerkt. In de doos ligt een door haar gemaakt dubbelboekje.


Doos met dubbelboek gemaakt door Fem.



Stolpdoos van Jopie met handwerkboekje uit 1844.

Corrie heeft een doos gemaakt voor de losse katernen die ze van haar cluster-7-leden van Grensland kreeg. Het losse deksel valt op het frame in de doos en kan door de in het midden aangebrachte vierkante knop opgelicht worden.
Als bekleding heeft Corrie de servettentechniek op gaas toegepast. Ze heeft servetten bevochtigd en met ecoline gekleurd, om die vervolgens als mozaïek op gaas te verlijmen, af te persen en karton mee te beplakken. Met een lint, dat op de onderste foto nog ontbreekt, kunnen de katernen uit de doos gehaald worden.


Doos ontworpen door Corrie.

Ik, Ine, heb een bandzetter-boekdoos met magneetsluiting gemaakt. De doos is op het achterplat van de band gelijmd en de magneetstrips zijn aan de voorkant verwerkt in de dekselrand en de framerand van de doos. Ik heb het frame ook eerst bekleed en daarna op de zijwanden van de binnendoos gelijmd. Het zalmleer waar het voorplat van het boekje mee bekleed is en dat gebruikt is voor de bandjes op de rug, komt als inktjetprint op PhotoFabric 100% Popeline Coton terug in het deksel van de doos. Voor de rest is zwarte Rexine gebruikt.


Bandzetter-boekdoos van Ine.

Fem heeft het Buttonhole-boek nu ook klaar. Voor het omslag heeft ze een eigengemaakt azijnmarmer op maat gemaakt .


Buttonhole-boek van Fem.

RELIURE À LA LIGNE
Als project hebben we dit keer gekozen voor de bindwijze die Denis Grégoire ontwikkeld heeft. Zijn ideeën omtrent gebruik maken van moderne materialen (vissersgaren, dubbelzijdig plakfolie, printbaar linnen, Polyvine vernis e.d.) en toepassing van computerprogramma's voor o.a. bandontwerp spraken ons bijzonder aan. Dus verdiepten we ons in zijn Frans/Engelse handleiding, die met foto's en tekeningen de stap-voor-stap-handelingen duidelijk maken.

Het boek is o.a. te koop bij Lidy Schoonens:
http://www.lidyschoonensboeken.nl/Boekbindboeken.html

Op zijn website http://denisgregoire.be staan diverse video's en tips over deze binding, wel allemaal in het Frans! Ook is er een rubriek FAQ, waarin nog het een en ander duidelijk beantwoord wordt.


Handleiding van een nieuwe bindwijze.

Grégoire gaat ervan uit dat er gewerkt wordt met een grafisch programma zoals Photoshop, CorelDraw, Adobe Illustrator, Paintshop, e.d. Hij gebruikt deze programma's om zijn linnen, papier of leer via een inktjetprinter te bedrukken met titel of afbeeldingen. Ook zijn naaischema's ontwerpt hij met deze programma’s.
Voor het eerste boek dat hij beschrijft, gebruikt hij een voor printen geschikte linnensoort, waarop bijv. titel, naam van schrijver, een afbeelding of ontwerp geprint kan worden. Vervolgens gaat hij dit linnen vernissen met Polyvine vernis,( mat, zijdeglans of hoogglans of een mengsel daarvan) om het linnen waterafstotend te maken.


Corrie gebruikt i.p.v. linnen een eigengemaakte papiercollage
en brengt er nu vernis op aan.

We hebben thuis de nodige voorbereidingen getroffen, zoals katernen vouwen en afpersen, bij elkaar zoeken van sierpapier, linnen, kraft, Japans papier en dubbelzijdig plakfolie. We starten met het maken van de sandwich van linnen, kraft en Japans papier, die als omlag gaat dienen.
Het kraftpapier wordt ingelijmd en daar wordt het linnen opgeplakt. Na even afpersen wordt de andere kant van het kraftpapier ingelijmd en daar komt dan het Japans papier op. Tussen planken in de pers geeft na een paar uur een mooi strak resultaat.


Kraftpapier inlijmen en linnen op kraft plakken.

De vraag was even welk Japans papier gebruikt zou moeten worden. Als antwoord schrijft Grégoire ons dat ieder papier gebruikt kan worden, mits het soepel en fijn is.
Het Japanse papier 'Inbe" (te koop bij Schleiper) is geschikt voor de inktjet-printer.

Ook over de schutbladen vroegen we advies, omdat niet duidelijk is of hij één dubbelgevouwen blad gebruikt of een katern. Advies is twee of drie in elkaar gevouwen bladen te nemen als schutbladkatern.
Met het dubbelzijdige plakfolie brengen we het sierpapier op het schutbladkatern aan. Het is handig om een scherpe naald te gebruiken om een begin te maken bij het verwijderen van het beschermvel van de plakfolie.


Beschermvel van de plakfolie lospeuteren.

Sommigen van ons brengen de plakfolie aan op het sierpapier door stukje voor stukje de folie aan te drukken en het beschermvel al plakkende verder los te trekken.
Anderen geven de voorkeur aan het neerleggen van de plakfolie op tafel met de kleefkant naar boven en dan het sierpapier vanaf een zijkant erop vast te wrijven.
We vragen ons af wat het voordeel is van het toepassen van plakfolie bij deze handeling. Het sierpapier zou immers ook met lijm. stijfsel of mengsel ingesmeerd kunnen worden om het op het schutbladkatern te plakken. Onze conclusie is dat plakfolie een strakker resultaat geeft, zonder risico van rimpeling of rond gaan staan van het papier.

Nu alle beplakte papieren in de pers liggen, kunnen we de borden op maat gaan maken, bordranden schuren en bord bekleden. Het wordt ons niet duidelijk waarom Grégoire deze borden bekleed met papier dat overeenstemt met de schutbladpapieren. Je moet deze beklede bordjes in een volgende fase op het omslag plakken. Dan zie je, op de randen van het bord na, niets meer van het papier. Ook de randen ga je nog met kleur bewerken, dus zou je toch ook blanco papier kunnen gebruiken?? En waarom zou je de bordjes aan weerszijden met papier beplakken als ze toch op het omslag gelijmd worden en van een dekblad voorzien. We vermoeden dat deze beplakking het kromtrekken van het bord moet voorkomen.


Bordranden schuren.

De volgende keer kunnen we de naaimal maken en gaan naaien.